zaterdag 16 april 2016

Dag 70: Brailletraining les 1

Vrijdag 15 april 2016

Lieve lezers,

Vandaag starte mijn eerste les van de brailletraining op de NSBS. Ik had ernaar uitgekeken om lekker lang te slapen, maar dit is toch een kans die ik met beide handen moest grijpen. Vroeg opstaan was dus niet zo erg als eerst gedacht. Ik vertrok weer vroeg in de ochtend met mijn fiets richting stage. Rond 08.15u begon de les. We moesten onszelf eerst voorstellen aan elkaar omdat we tenslotte een paar weken met elkaar gaan samenwerken. We zijn met een groep van 14 personen. De jonge is 16 jaar en de oudste 52 jaar. Hieraan zie je dat je nooit te oud bent om bij te leren! De motivaties voor de training te volgen, liggen bij iedereen anders. Mijn motivatie is om meer kennis op te doen en deze kennis dan mee te nemen naar België. In mijn latere werkveld kan het brailleschrift zeker van toepassing zijn als ik werk met blinden. Bovendien geeft het ook een goede indruk op mijn cv omdat ik een certificaat krijg van deze cursus. De anderen deden mee vanwege interesse voor het brailleschrift, omdat ze graag willen leren lezen enzovoort. In de groep zitten niet enkel blinden en slechtzienden, maar ook stagiaires (zoals ikzelf) en mensen die gewoonweg geïnteresseerd zijn. 

Om de les echt te beginnen, kregen we eerst meer uitleg over Louis Braille zelf. Wie hij is, wat hij deed en hoe hij eigenlijk het brailleschrift heeft uitgevonden. Dit is uiteraard ook zeer interessant om naar te luisteren. De school van de NSBS draagt zijn naam: de Louis Braille School. 

Daarna gingen we verder met een korte film "ZieZoo" genaamd. Met deze film kreeg ik de kans om letterlijk door de ogen van een persoon te zien met een visuele beperking. De situaties spelen zich af in de dierentuin. Er komen verschillende mensen in beeld met een visuele beperking. Eerst werd er algemene informatie gegeven over de beperking en daarna werd het beeld vervormd zoals eigenlijk een persoon met een visuele beperking ziet. Dit was zeer interessant omdat het moeilijk is om voor te stellen hoe deze personen door het leven gaan en welke beperkingen zij hierin tegenkomen. 

Er kwamen verschillende soorten beperkingen aan bod. Hieronder een kort overzichtje zodat jullie ook een beeld hebben van hoe deze mensen door het leven gaan.
  • Gezichtsveldbeperking






Koker/tunnelzicht: het zicht aan de zijkant is weg.





Het zicht in het midden is weg.









  • Licht en donker adaptie





Niet goed tegen het licht kunnen of nachtblindheid.










  • Contrastzien: kleurencontrasten niet kunnen onderscheiden, maar wel de felle kleuren. 
  • Kleurzienstoornis




Niet alle kleuren zijn waarneembaar. Meestal is dit rood en groen. Volledige kleurenblindheid komt ook voor. 










  • Nystagmus: de persoon maakt onvrijwillige oogbewegingen die leiden tot een verminderd  of beperkt gezichtsvermogen. Deze aandoening komt frequent voor bij albino's.
Na deze zeer interessante informatie ging de les verder met meer informatie over mobiliteit. Hoe moet je nu een blind of zeer slechtziend persoon begeleiden?

WEL: de persoon met de visuele beperking houdt 1 hand op de schouder of elleboog van de hulpverlener. Het hangt ervan af of dit links of rechts is, afhankelijk van het gevaar. Een kind houd je ook aan de binnenkant en niet aan de kant waar bijvoorbeeld auto's rijden. Het is belangrijk om te blijven praten. Als hulpverlener moet je op tijd aangeven waar er bijvoorbeeld een trap is, een put,... Wanneer je als hulpverlener bijvoorbeeld een trap omhoog of omlaag gaat dan voelt de persoon met de beperking duidelijk dat je omhoog of omlaag gaat. De bewegingen kunnen als het ware beter gevolgd worden. 

NIET: de persoon met de visuele beperking kan het best niet volledig achter de hulpverlener lopen met twee handen op de schouders. Zo wordt er bijvoorbeeld gemakkelijker op elkaar voeten getrapt en is het voor de persoon met de beperking niet altijd even duidelijke welke bewegingen er gemaakt worden. Het is ook minder veilig wanneer je de persoon zijn/haar hand vasthoudt. Wanneer er bijvoorbeeld een smallere doorgang is, is het moeilijker om met beide personen tegelijk deze doorgang door te gaan. 

Wanneer de persoon alleen loopt is het belangrijk om als hulpverlener mondelinge aanwijzigingen te geven over bepaalde obstakels.  Om dit op een correcte manier te kunnen doen, is het noodzakelijk dat de cliënt de positiebepalingen goed kent (links, rechts, voor, achter, kwartslag draaien,...).

Er zijn uiteraard ook heel wat hulpmiddelen voor personen met een visuele beperking. Het meest herkenbare is de witte stok met de rode strepen. Deze rode strepen geven aan dat het een blindenstok is. Er zijn verschillende soorten witte stokken die wel allemaal dezelfde functie hebben: de cliënt begeleiden in de omgeving. Niet iedereen kan dezelfde soort stok gebruiken. Vroeger werd de stok afgemeten vanaf de borst, maar nu wordt dit zelfs al gedaan van op schouderhoogte. Er zijn stokken die je kan opplooien, maar ook die dat niet kunnen. Een stok die je kan plooien is natuurlijk handig voor als je ergens bent en je dit niet continu wilt vasthouden. Een stok zorgt bovendien nog voor veel blinden en ernstig slechtzienden voor schaamte.

  1. Witte stok met bal: dit gebruiken de mensen die pas in aanraking komen met hun visuele beperking. De bal rolt over de vloer en is duidelijk hoorbaar.
  2. Taststok: dit is de meest voorkomende stok. De cliënt tikt hiermee over de grond en rond zich om eventuele obstakels op tijd te herkennen en hier rondom te lopen.
  3. Wandelstok: deze stok wordt gebruikt voor oudere mensen, maar is nog steeds herkenbaar door de rode strepen. 

 Uitleg over de witte stok

Een eerste zeer interessante en goede les!

Omstreeks 10.30u was ik alweer thuis. Ik besloot mij nog even neer te leggen op mijn bed omdat ik zo moe was. Om 13.00u moest ik babysitten dus de namiddag streek weer snel voorbij. De dagen gaan hier zo snel dat je opeens weer in je bed ligt om te slapen. Alsof ik hier niets anders doe dan dat! :D

Dikke kus 
xxxxxxxx

Geen opmerkingen:

Een reactie posten